- 31 januari 2021
- Alfons
- 0 reacties
Er loopt een jongedame met haar border colly door het Noorderplantsoen. Ze laat haar viervoeter rennen door het gras en vele malen raapt ze geduldig de stok op die Rakker voor haar voeten legt. Kwispelend vol van ongeduld ligt Rakker daarna te wachten tot jongedame het bekwijlde hout weer meters wegdonderd met veel affectie.
Terwijl deze jongedame, verstopt in haar sjaal, speelt op het gras van het noorderplantsoen, liggen even verderop twee gasten te modderworstelen in het gras. Beiden met ontbloot bovenlijf lachen ze omdat ze weten dat het ongewoon is. De club is gesloten en worstelen is hun leven, dan maar buiten op het gras. De damp stijgt boven hen uit en doet me even vergeten hoe koud het is. Vele mensen die hen passeren verrekken hun nek, een uiterst ongewoon beeld. De helft van de passanten sluit aan in de rij van het Zondag restaurant voor een ‘koffie om met te neemn’. Ze verkopen ook chocolademelk, dat is meer mijn cup of tea. Met slagroom. In de muziekkoepel staan een paar hool-a-hoopers met elkander te dansen, hardlopers passeren in overvloed. De lucht is helderblauw en de sjaal wordt nog wat strakker aangetrokken. En eigenlijk, als je zo het Noorderplantsoen en z’n bevolking eens bekijkt, lijkt er liefde te vinden in al haar hoeken en gaten.