Verlicht – deel II
  • 11 februari 2019
  • Alfons
  • 4 reacties

‘Hallo.’ ‘Hallo,’ beantwoordde ik de agent. ‘We hebben jullie aangehouden omdat we de verlichting even willen controleren.’ ‘Dat dacht ik al.’ ‘Ik zag jouw licht niet branden.’ ‘Nee, ik moest afremmen en heb een dynamo, dus dan stopt die.’ ‘Goed, gaan we dat even controleren.’

M’n vriendin had die avond haar batterij lampjes netjes op de fiets gedaan en stond even verderop te glimlachen.

De agent liep naar m’n voorband, ik tilde m’n fiets op zodat hij een draai aan de voorband kon geven. ‘Hij doet het flauwtjes,’ zei de agent over het voorlicht. ‘Maar hij doet het,’ vulde ik het halflege glas aan. Met de hakken over de sloot leek het wel. Hij draaide nogmaals aan m’n wiel en liep naar m’n achterlicht. ‘Deze doet het niet,’ sprak hij me toe. ‘Komt omdat het wiel alweer stil staat,’ loste ik het mysterie op. Hij keek me aan alsof ik hem E2,70 voor een nieuwe fiets aanbood en liep weer naar m’n voorwiel. Ditmaal draaide hij er harder aan en liep iets sneller naar het achterlicht. Wederom zag hij niks branden en keek eens naar de voorband welke amper draaide. ‘Draai jij je voorwiel eens,’ vroeg hij mij. ‘Dat kan ik helaas niet doen, want dit is een fiets uit 1930, één en al staal. Hij is te zwaar om in mijn eentje op te tillen en een draai aan het wiel te geven.’ De agent leek me te geloven en liep wederom naar m’n voorwiel. Nogmaals draaide hij er hard aan en vroeg z’n collega of die wilde kijken naar het achterlicht. Deze hoorde het te laat, waardoor agent één nogmaals aan m’n voorwiel moest draaien, waarop agent twee zei: ‘Ik zie wel iets branden, maar zwak.’ ‘En nu?’ dacht ik bij mezelf. ‘Jij moet wel veertig km per uur fietsen wil dit licht goed branden,’ zei agent twee. ‘Ik fiets ook altijd heel hard,’ antwoordde ik de agent met een stalen gezicht. Van binnen moest ik enorm om deze grap lachen en even verderop hoorde ik m’n vriendin gniffelen (wat niet hielp). Toch kwam ik ermee weg, met het advies om lampjes te kopen. ‘Het is voor je eigen veiligheid,’ adviseerde agent één mij. ‘Zo is het, dank jullie wel mannen, goeie nacht nog.’

Ze gooiden mij weer terug in het water, ik was vrij om te gaan, E64,- rijker. Dat was fantastisch en die eerste meters hebben m’n lampen fantastisch gebrand, zo rap was ik. Veertig km per uur, dat was een goeie grap.

Karlijn
11 februari 2019 - 08:04

Hahahaha jij en hard fietsen ? mooi verhaal dit?

Anoniem
11 februari 2019 - 09:35

Super verhaal!!??

Janneke Swarts Huiting
11 februari 2019 - 20:24

Geweldig geschreven ????

Geka
12 februari 2019 - 16:42

Wat een mazzel?