Voorwaardelijk gastvrij
  • 10 april 2017
  • Alfons
  • 0 reacties

Mooi weer, open die tuindeur, laat de zon maar binnenkomen.

Het was elf uur toen ik uit bed stapte deze zondag. Het huis voor mij alleen en het lichaam moest opstarten. Het sliep half maar wist dat het dromen voorbij was. Herstellend van de zaterdag kreeg ik niet mee wat ik deed. Daar maakte ik gebruik van door stof te zuigen, de afwas te doen, oud glas weg te brengen, de vuilniszak te verschonen, koelvloeistof bij te vullen en een soep te koken. Zoals koffie voor anderen werkt, werkt klussen bij mij.

Stralend weer dus, het stemde mij vrolijk en her en der strooide ik geschreven berichten door het huis. Voor later, als zij ze vindt. De tuindeur stond open, de zon struinde binnen. ‘Welkom, welkom!’ heette ik hem. ‘Pak een stoel en neem plaats. Koffie?’ Hij kon wel een bakkie gebruiken, jetlag, al een week lang.

Ik roerde door de soep en daar was zíj weer. Al zoemend zocht ze haar weg naar binnen. Dit was de derde keer al deze week. Ik wist dat zij het was toen ze richting haar boomstam schijf vloog (welke als onderzetter voor de plantenpot op de kast diende). Zij was Maja de bij. Ze had ontdekt dat ze in een gat van de schijf kon wonen. Hoewel ik haar een woning gunde, was ik bang dat ze een koninkrijk zou stichten en ons het huis uiteindelijk uit zou jagen. ‘Kom kom, ik laat me m’n huis niet uitjagen! Daar heb ik har…eh daar heb ik voor gewerkt.’ Dus ik pauzeerde het soeproeren, pakte m’n hooivork en joeg haar m’n huis uit. Ik wilde best m’n huis openen voor een dakloze, maar ik was zo bang…

Er zijn nog geen reacties