Donders
  • 12 september 2011
  • Alfons
  • 1 reactie

Met z’n drieën fietsen we richting Beilen. Hijken ligt ergens ver achter ons.
Zover hoefden wij gelukkig ook niet te fietsen afgelopen nacht. Daar beleef ik geen plezier aan. Fietsen is geen hobby van me. Sportief doen strookt niet met mijn van nature luie aard. Fix up fietste echter op datzelfde moment wel die kant op, in Hieken stiet zien huus. Hij fietste waarschijnlijk op z’n Bartjes, zoals hij dat kan.
Daarvoor waren op het feestje fietsprestaties besproken waarbij de plek Erica om de hoek kwam kijken. Dat was vanwege een blonde schone…..een hele goede reden dus om Erica in de toekomst aan een nader onderzoek te onderwerpen.
Ik schreef over Fix up en typte enkele Drentse woorden in dezelfde zin. Dat deed ik om hem eraan te herinneren hoe men Drents spreekt. De van oorsprong Leidense jongen ging namelijk gister zijn boekje te buiten toen hij zei: “…mien fietse staat buute”. Hij probeerde de alom bekende uitspraak over ‘Brommers kieken’ te vertalen naar een Drentse openingszin en kwam met het woord ‘buute’ op de proppen. Dat kon natuurlijk niet door de beugel, hoewel het wel een lachkikje voor Ed opleverde.
Dan hebben we Ed geïntroduceerd in deze column en ik ben benieuwd in hoeverre hij de vrouw van Erica vandaag nog digitaal gespot heeft? Bij ons afscheid van Ebbinge zijn feest, kwamen we namelijk nog met een wanhopig vrijgezelle dame aan de praat en zij was de beste vriendin van het mooiste meisje van het feest. Deze dame stelde zich aan een ieder van ons voor en nee, haar rondingen waren niet zo mooi als die van de vrouw uut Erica. Doch kon ze van nut zijn als aanknopingspunt en Ed lobbyde erop los.
Toen kwam het moment welke gisteravond het meeste indruk op mij maakte…..de donder en bliksem! POW! Wat een mooie wereld begaven wij ons in. Hoewel wij als goddelozen op het feest verbleven en Gert ons klappen als water gaf. De wereld verging niet op fietse en wij werden niet gestraft voor ons gevloek. Heelhuids en droog kwamen wij thuis. Dat mag een Gods wonder worden genoemd of was het enkel de expertise van Buienradar? In ieder geval, terwijl wij onze trappers betrapten, werd de donkerte om ons heen per seconde verdreven door de helse bliksem. De donder volgde gelukkig op fraaie afstand en dat gaf ons de moed om door te fietsen. Schuilen in de met bomen vergeven omgeving was ook geen optie. Spelen met je leven had men in het digiloze tijdperk gezegd.
De contouren van bomen in het licht die de bliksem over ze wierp is één van pure schoonheid. In gedachten durfde ik daar wel stil bij te staan. Maar de angst voor mien leven bonsde in het hart en liet het niet toe om van de fiets te stappen en in het oneindige van de lucht te staren. De lucht waarin het leefde. Waarin Thor met zijn hamer in de rondte sloeg en met donderend geweld van zich deed spreken.
Daar fietsten we dan met ons drieën en we spraken van gelukzaligheid uit dat we ons geen beter gezelschap konden wensen om dood mee neer te vallen. Hoewel we ons wel afvroegen hoe Fix Up zich dan in de toekomst zou vermaken? De blikken zouden zich op hem kapot moeten beuken. Aangezien we hem dat niet gunden, besloten we dat hij ook bij ons gezelschap moest behoren op dat moment. Gelukzaligheid kent vreemde vormen!

Ronald
12 september 2011 - 22:49

Het zal niet weer gebeuren, mijn excuses voor het slechte taalgebruik.