- 19 september 2008
- Alfons
- 0 reacties
Zo heet de tentoonstelling die in het Drents museum het Go China succes mag opvolgen. Het museum staat in Assen. Vandaag kwam ik daar om “het Grote Markt” gevoel op het Koopmansplein te proeven. Dat was niet mijn enige motief om tijd in de zon te vertoeven terwijl het winkelend gepeupel zich langs mij bewoog. Tevens mocht ik mijn nieuwe bril ophalen en andere kleine “te doen” punten van mijn lijstje afvinken.
In de zon was het fijn, zo niet genieten. Een Australian ijsje hield ik vast in mijn hand, terwijl mijn ogen zich de kost gaven. Ik zat gezeteld op de derde van de vier brede traptreden die zich in een hoek van het plein begaven. Achter mij stond een ijscostand die op zijn beurt weer buurman was van een terrasje. Hier liepen de serveersters, allen met gele shirts gekleed, af en aan. De èèn knapper dan de ander.
Een vrouw en kind zaten enkele meters verderop naast mij. Ook zij aten een ijsje. Alsof ons terras van de ijsjesmensen was, zette zich een bejaarde vrouw neder achter de moeder, met een ijsco die te groot voor haar leek. Het softe ijs had de grootte van een klein formaat suikerspin en voor een verlepte bejaarde zou dit een dagtaak zijn. Ze moest het zelf maar weten.
Het verschil tussen het gepeupel op de Grote Markt in Groningen en het Koopmansplein in Assen is over het algemeen de leeftijd. De studenten, die hier de meerderheid vormden, waren van het voortgezet onderwijs of mbo niveau. Terwijl in Groningen veelal hbo of universiteit mensen de markt en zijn omgeving bezetten. Het voordeel van Assen is dat er meer Milfen rondlopen. Het kan op zijn tijd ook geen kwaad om die aan de binnenkant van je ogen te bekijken.
Ik vond het mooi om te zien dat de hardcore muziek liefhebbers ook afgevaardigd waren. Zij bezetten een aantal bankjes en delen van de muur rechts van mij. Met hun aanwezigheid maakten zij de diversiteit van de Nederlandse bevolking compleet. Deze diversiteit leek niets unieks te bevatten. Alle aanwezigen waren onder te verdelen in groepen: alto’s, milfen, breezer sletjes, nerds en oma’s. Tot het moment dat zij ten tonele verscheen.
Nu zag ik haar voor de tweede maal. De eerste keer stond ik in de wachtrij bij de Australian, waarbij haar jas langs mij schuurde terwijl zij mij passeerde. Naast haar liep een man eind jaren vijftig met een mediterrane uitstraling. Een grijze bos haar werd extra benadrukt door zijn grove grijze snor. Gekleed in een bijna zwart neigende donkerblauwe zeemanstrui en spijkerbroek vergezelde hij het meisje als een vader. Het meisje schatte ik rond de twintig jaren oud. Gitzwart golvend krullend haar dat onder haar rode alpino pet uitkwam omgaf haar ronde smalle gezicht. Haar huidskleur was een tint donkerder dan dat van de oude man. Zij was in het geheel in het zwart gekleed. Een lange jas die haar zandloper heupen verborgen en hakken waarop zij zich soepel door de menigte bewoog. Toen ze mij passeerde keek ik haar recht in haar ogen aan. Een klein wipneusje onder haar donker glanzende ogen maakten samen met haar volle lippen het mooie gezichtje af.
En terwijl ik haar bewonderde vanaf de trap en mij besefte dat deze mediterrane prinses snel uit mijn oog zou verdwijnen op haar even unieke fiets. Snapte ik niet dat niemand anders naar haar staarde zoals ik dat deed. Zagen zij dan niet dat onder ons zich iets unieks begaf? Een soortgenoot die niet onder èèn van onze groepen te verdelen was.
Het spijt mij dat ik haar niet ken. Ik beklaag mij om de gedachte dat ik haar waarschijnlijk nimmer weer zal zien. Zij was mijn lust voor het oog voor vandaag.