- 26 maart 2018
- Alfons
- 2 reacties
‘Dat had ik moeten zeggen: Ik wil jullie niet tegen het hoofd stoten, maar ik ga ervandoor. Ik heb geleerd wat ik van jullie wilde leren, hartelijk dank. En dan had ik zonder schuldgevoel de deur achter mij dicht kunnen trekken.’ ‘Ja, maar jij hing de fatsoenlijke jongen uit,’ zei ze tegen me. ‘Ja, dat deed ik,’ mijmerde ik.
Het was zaterdag, rond 11.55 uur stapte ik de cursusruimte binnen. Een vrouw en een man zaten voor een schoolbord, enkele cursisten zaten aan hun tafel. De vrouw stond op en stelde zich aan mij voor, de man deed hetzelfde. Ik vergat hun namen. ‘Jij komt voor de cursus scenarioschrijver in een dag’? ‘Dat klopt.’ ‘Neem plaats,’ zelf ging ze ook weer zitten. De rollen waren verdeeld. Vragen stond ons vrij, graag zelfs en onze verwachtingen mochten we uitspreken. Ik had gedacht te leren wat een verhaal beter kon maken en als het meezat zou ik er nog wat van opsteken voor de avonturen met Sjakie voor het groene doek.
Om drie uur smste ik m’n vriendin: ‘Ben je nog in stad? Dit laatste uur hoeft van mij niet meer.’ ‘Oe denk je eraan om eerder weg te gaan? Ik ben benieuwd of je dat doet,’ stuurde ze met een glimlach. De rebel zijn of de fatsoenlijke jongen, zo voelde de keuze. Om vier uur stapte ik het lokaal uit, ik was blijven zitten en had er spijt van. Een uur verknooit, alleen omdat ik de leraren niet voor de kop wilde stoten. Thuis verwelkomde ze mij, ze had al verwacht dat ik voor het fatsoen koos. ‘Maar diep in je hart ben je een rebel.’ ‘Ja, daar wel,’ zei ik spijtig.