- 11 september 2017
- Alfons
- 0 reacties
Kwetsbaar in haar omhelzing. Ik geef me niet graag bloot, maar af en toe ontstaan die momenten waarop ik m’n angsten met haar deel.
‘Ik ben bang om fouten te maken. Ik wil het goed doen. Omdat ik niet in mezelf geloof. Of op mezelf vertrouw dat ik het kan.’
‘Wil je daar mee ophouden,’ zegt ze. ‘Je moet één ding voor me doen: Zeg me waar je goed in bent.’ ‘De afwas.’ Ze tikt me op de vingers. ‘Ik kan mensen enthousiast begroeten. Hen het gevoel geven dat ze welkom zijn. Soms maak ik grapjes.’ Ze zegt dat ik oprecht naar ze luister. Interesse in ze toon. Ik ben anders, maar ze houden wel van me. Ze zegt dat zij niet de enige is die me ziet. Ik houd van haar.
Ik zeg dat ik dit niet geloof, dit mooie huis, onze relatie. Ik zeg dat ik dit niet verdien, ik heb immers niks gepresteerd. ‘Niks gepresteerd?!!’ corrigeert ze mij. Je hebt m’n hart verovert.
‘Oh ja, en ik ben goed in voetbal.’ ‘De beste,’ zegt ze. ‘En laatst was ik de leukste bij bootcamp.’ ‘Dat geloof ik graag.’