- 20 februari 2009
- Alfons
- 0 reacties
Hallo lezers van me! Vermaken jullie je nog een beetje? Ik waarschijnlijk wel in Nieuw Zeeland. Er vanuit gaand dat ik niet beroofd ben en voor dood achter ben gelaten. Daar denk ik wel eens over na. Goed, vandaag een stuk, niet geschikt voor onder de 18 en mijn vader en moeder. Heeft te maken met ‘teveel informatie’ denk ik. Dus bedwing je nieuwsgierigheid moeder en sla deze week de column maar over. Zo niet, veel plezier!
Ergens in dit hoofdstuk schreef ik het volgende…o ja de titel van dit hoofdstuk komt van één van de liedjes van Kanye West:
Vandaag vier ik ook mijn anderhalf jaar jeukende anus. Vierentwintig jaar laat mijn anus niets van zich horen. Om vervolgens anderhalf jaar mijn aandacht te trekken. Het is geen pretje, toch vier ik zijn aanwezigheid. Tot een half jaar tijd verwachtte ik dat het tijdelijk was. Na een jaar had ik er meer dan genoeg van. Nu anderhalf jaar verder, bewonder ik zijn standvastigheid. Als iets zo lang aanhoudt, moet hij wel een punt duidelijk willen maken. Tot op de dag van vandaag is het punt mij echter nog niet duidelijk geworden. De dokter gun ik geen blik waardig. Medicijnen zijn niet meer dan onderdrukkers van de symptomen. Symptomen geven aan dat er een oorzaak aanwezig is. Deze oorzaak ben ik naar op zoek. Bio resonantie bood de uitkomst niet in dit geval. Misschien uiteindelijk wel, maar de behandeling heb ik niet afgemaakt. Vervolgens kreeg ik een brief van mijn gidsen. Zij vertellen mij dat ik meer van mezelf moet gaan houden. Geloof in jezelf. Je staat op het punt waar je moet zijn. Alles is goed en komt in orde! Maak je geen zorgen!
Als je het nodig vind om dit tegen iemand te vertellen, dan weet je ook dat die persoon juist met deze kwesties worstelt. Dat doe ik dus ook. Ik worstel met deze kwesties. Niet voor niets ben ik met de cursus Healing Tao begonnen. Blijf opletten lieve lezer! De schrijver heeft jeuk aan zijn anus. Ik moet mijn vingers ervan weerhouden mijn boxershort tussen de bilspleet te laten huishouden. Dat gebeurd op de vervelendste momenten, net als te lang op de wc zitten. Beide zijn echter de moeite waard. Het krabben voelt heerlijk! Als een godsgeschenk die de jeuk wegneemt. Op een gegeven moment hoop je zelfs dat je jeuk krijgt, alleen maar omdat het krabben zo lekker aanvoelt. Totdat je met een schrale huid voorzichtig moet lopen, anders is dat zelfs te pijnlijk. Lang op de wc zitten schijten is ook zoiets. Als je daar de tijd voor hebt, is het heerlijk om te doen. Om in alle rust een grote lading te lossen, dat lucht zoo op. Zowel het krabben als schijten doen zich op de meest onfortuinlijke momenten voor. Het is mij zelfs wel eens overkomen in de anderhalf jaar tijd, dat beide op hetzelfde moment aan mijn deur klopten. Zit ik net op de bank te zoenen met een meisje, welke ik nog geen drie uur ken of ik voel ze al kloppen. Een kwartier hou ik het vol om ze te negeren. Net op het moment dat ik vrije toegang heb tot haar volgende station, second base. Kloppen zij zo hard, dat mijn deur het gaat begeven. Ik moet toegeven. “Waar is de wc?” vraag ik aan haar. Ze vertelt me op de gang, maar ik moet wel zachtjes doen. Haar huisgenoten mogen niet wakker worden. Met alle souplesse die ik half dronken bezit, vind ik mijn weg van haar bank naar de wc op de gang. Daar laat ik mijn broek zakken en zet me neer. Eerst moet ik die lading lossen, alvorens er gekrabd kan worden. Blijkt dat mijn darmen de druk niet aankunnen. Ik wil namelijk zo snel mogelijk weer terug naar die bank van net. Maar mijn darmen hebben een ander plannetje. Zij nemen er flink de tijd voor en een kwartier later ben ik eindelijk klaar. Dan neem ik nog zo’n vijf minuten de tijd om de jeuk weg te krabben. Vervolgens was ik mijn handen en stap die kamer weer binnen. Ik ben er helemaal klaar voor! Ik voel me de man. Zo trots als een pauw. Fysiek helemaal tip top en licht als een veertje. Als Mohammed Ali sta ik licht op mijn voeten, spring heen en weer en ben klaar voor de strijd. Klaar om te ‘sting-en like a bee’. Als u even heeft geteld ben ik inderdaad zo’n twintig minuten weg geweest van de bank. Toen ik de kamer binnenkwam, zag ik een lege bank door de sfeerverlichting heen. “Daar had ik haar toch achtergelaten?” Half dronken stommel ik verder en beland bij haar bed. Daar ligt ze. Kleren aan, onder de dekens gekropen. “He meisje, ik ben klaar,”fluister ik. Ze draait zich om, ogen half open. Dan tilt ze het deken op en verwelkomt mij. Ze is te moe om mij m’n gang te laten gaan. “Ik moet morgenvroeg naar school,” kan ze nog uitbrengen en weg is ze. Die vervloekte darmen en jeuk ook. Tevens geef ik de alcohol ook de schuld. Als zij niet zoveel had gezopen, zou zij prima in staat zijn om mij mijn gang te laten gaan.
Sindsdien is mij dit nimmer meer overkomen. Dus kan ik de jeuk best bewonderen om zijn standvastigheid. Waar die standvastigheid vandaan komt, weet ik echter nog niet. Mijn fysiotherapeut heeft er wel een verklaring voor. Hij gaat er vanuit dat lichaam en geest invloed op elkaar hebben. Hij werkt met energie. Vooralsnog heeft hij mij er nog niet vanaf geholpen, wat wel mijn vraag was. Hij zegt dat het met mijn instelling te maken heeft. “In hoeverre gun jij jezelf om te genieten…?” Een vraag om nu niet bij stil te staan. Wel een belangrijke vraag echter…