Mijn deksel
  • 12 februari 2018
  • Alfons
  • 1 reactie

Laatst zei je me terloops – Liefdesbrieven, dat tv-programma is wel wat voor jou.
‘Waarschijnlijk heb je gelijk,’ dacht ik.
Ik keek het programma tijdens m’n nachtdienst en zag een meisje geroerd. Haar vriend las een liefdesbrief voor haar voor. Terwijl de traan over haar wang liep en ik het geluk zag, wilde ik jou dat ook geven. Het geluk.

Ik moet je zeggen: ik adoreer je niet.
Ik kan zonder jou leven.
Ik ben niet van jou afhankelijk.
Er zijn momenten dat ik geniet van het alleen zijn.
Dat kan ik heel goed, alleen zijn.
Jaren geoefend.

Terwijl ik weet dat ik naar je lof toeschrijf, wil ik bovenstaande benadrukken.
Met alle liefde loop ik over mijn eigen pad.
Maar tegenwoordig,
als ik opzij kijk,
moet ik glimlachen.
Want daar sta jij, op jouw pad.
Je trekt allemaal gekke bekken om mij te laten lachen
en het lukt je al als ik daaraan denk.
Dan denk ik direct, wat hou ik toch van jou.
Daar ontkom ik niet aan vanavond.
Om te zeggen hoeveel ik van je hou.
Het is noodzakelijk daarbij stil te staan omdat je de enige bent die ik toeliet.
Dat je de eerste vriendin bent tegen wie ik dit zei.
Het deksel dat bij dit Potje hoort.
Jij koos voor mij.
Maakt mij gelukkig.
Op onze eerste officiële date sprak je: ‘Mijn ideale relatie is als we allebei ons eigen pad lopen, maar ook mooi samengaan.’ Dat we verbonden onszelf zijn.
‘We doen het goed,’ zei je me later.

lourina
12 februari 2018 - 08:34

mooi geschreven. blij dat jullie zo goed passen.;)