Verwondering
  • 23 december 2019
  • Alfons
  • 0 reacties

Een man zit op z’n fiets. Ik kijk em aan vanaf de overkant van de straat. Hij wacht netjes aan zijn kant, ik aan de mijne. Beide willen wij oversteken, maar er komt een auto aan waar wij op moeten wachten. Dan blijkt deze auto opeens af te slaan waardoor de man zich beseft dat hij voor niets stond te wachten. Hij vloekt en zet z’n trappers weer in beweging. Hij gromt nog iets terwijl ik hem passeer. Z’n pis was lauw.

Met m’n dochter loop ik over straat in’t stadscentrum en terwijl zij zich aan iets vergaapt, loopt er een man achter ons langs. Hij laat een harde scheet, ik draai mij om, hij loopt stoïcijns door. Alsof er helemaal niets gebeurd was, ik gniffelde verwonderd om de wereld waarin we leven.

‘De eerste natuurwet is het door de vingers zien van de gekte van elk mens.’ Die zin uit een film sprak mij aan na bovenstaande voorbeelden. Een natuurwet wordt toegewezen aan de rede. De rede oftewel het verstand staat voor de menselijke natuur. Ik vond het wel een goeie wet – om met rede de gekte van de medemens door de vingers te zien. Mijn moeder zei altijd: ‘Verbaas je niet, verwonder je slechts.’ Wat een wijze vrouw!

Er zijn nog geen reacties